Nu er steeds meer artikelen zijn verschenen op mijn blog, komen er ook vragen van jullie binnen. In dit artikel behandel ik de meest gestelde vragen. Veel leesplezier!
Moet je als je hakend opzet nog steeds een grotere haaknaald gebruiken?
Een hele goede vraag! Tot nu waren we natuurlijk gewend dat als je opzet met een ketting met lossen, je dat met een grotere haaknaald doet. Je werk gaat dan namelijk niet trekken. Als je hakend gaat opzetten is dat niet meer nodig. Het woord zegt het eigenlijk al: 'hakend opzetten'. Je bent dus direct aan het haken en je hebt geen andere of grotere haaknaald nodig. Je kunt de haaknaald gebruiken waar je je hele haakwerk mee hebt gemaakt.
Welk garen gebruik je om het haakwerk in elkaar te zetten?
Deze vraag is zo vaak langsgekomen! Deze vraag werd heel vaak gesteld bij de uitleg over de 'Ik-en-jij'-steek. In dit artikel laat ik je zien hoe je haakwerk in elkaar zet, met behulp van een rode draad. Ik heb daar zelf dit soort bolletjes voor gebruikt:
Dit garen is van Scheepjes en het Maxi Treat. Je hebt ze ook in een grotere variant, dat heet Sugar Rush. Het garen is exact hetzelfde, alleen de verpakking is iets anders. In de uitleg heb je kunnen zien dat het eigenlijk niet uitmaakt met welke kleuren je je haakwerk in elkaar zet, omdat je de 'Ik-en-jij'-steek gebruikt. Je werk wordt dan onzichtbaar aan elkaar vastgemaakt. Toch heb ik het zelf in allerlei kleuren ;)
Om het jullie makkelijker te maken, heb ik dit garen in de webshop staan, in de meest neutrale kleuren: grijs, beige en een linnen-kleur. Met zo'n bolletje kom je echt ontzettend ver.
Ik zou graag nog meer filmpjes voor haken voor beginners willen zien.
Daarvoor heb ik goed nieuws! Vanaf 1 oktober 2021 komt er een serie online waarin ik je meeneem naar het aller-aller-aller-eerste begin. Ik hoop dat ik daarmee deze veelgestelde vraag ga beantwoorden. Ik laat je namelijk zien hoe je vanaf 0 begint met haken.
Hoe zet je een boord aan de zijkant van een vest, waar het niet helemaal gelijk loopt?
Dit leg ik uit in 2 verschillende artikelen. Je kunt eerst een artikel lezen uit de serie 'Randjes en kantjes'. In dat artikel leg ik je uit hoe je de randen van de je haakwerk mooi afwerkt. Dat doe je met behulp van een onderrand. Zo maak ik zelf ook de boord aan de zijkant van een vest. Je kunt dat artikel hier lezen.
Om de zijkant van je vest nog rechter te maken, zou je ook het gedraaide keerstokje kunnen gebruiken. Hoe je dit doet, kun je lezen in dit artikel.
Hoe kom je goed uit met het schulpje op de hoek?
Er bestaat het idee dat bij mij de schulpjes altijd goed uitkomen. Heerlijk zou dat zijn toch? Als dat echt zo is... het is alleen niet waar. Ik reken het van tevoren allemaal helemaal uit. Het is dus zeker geen toeval dat de schulpjes bij mij altijd netjes op de hoek zitten, maar gewoon een kwestie van tellen. Daardoor kun jij dat ook!
Ik laat zien hoe dit tellen werkt in dit artikel. Je begint met het tellen bij de hoek waar je het schulpje wilt hebben, en vanuit daar tel je terug. Dat is een behoorlijke klus, zeker als je dat met een deken wilt doen. Maar het is echt de moeite waard! Hierbij geldt vooral: een goede voorbereiding is het halve werk. Gewoon uittellen en dan pas gaan haken.
Waar heb je die leuke spelden vandaan?
Toen de video over de knoopsgaten online kwam, kreeg ik zo vaak de vraag waar ik die spelden vandaan heb. Deze spelden bedoel ik:
Deze vraag is een stuk lastiger te beantwoorden. Ik heb bij de groothandel gekeken, maar ik kan ze niet meer vinden. Deze spelden komen uit de tijd dat ik graag quiltte. Je had deze spelden nodig om de lagen aan elkaar te zetten. Deze spelden zijn ook best zwak. het is een leukigheidje, maar eigenlijk niet echt geschikt. Ik heb ze vooral gebruikt omdat je deze spelden in de uitleg lekker goed ziet. Je ziet daardoor ook heel goed waar de speld komt te zitten.
Wat haak je zelf op dit moment?
Deze vraag snap ik helemaal! Jullie willen altijd weten wat ik op dit moment aan het haken ben. Het leuke aan mijn werk is dat ik heel veel haak. En dan bedoel ik ook echt heel vaak, gemiddeld wel 5 uur per dag. Overdag ben ik vaak achter mijn computer bezig, video's aan het opnemen voor mijn YouTube kanaal. Wist je dat je je daar ook op kunt abonneren zodat je geen video meer mist?
Natuurlijk verstuur ik overdag ook de pakjes met jullie bestellingen. Iedere avond, na het eten, begin ik met haken. Net zo lang tot ik naar bed ga. Dat is dus heel erg leuk.
Het minder leuke aan dit werk is dat ik vaak niet kan delen wat ik aan het haken ben. Dat is namelijk geheim. Momenteel ben ik volop aan het haken voor het winterboek en daar kan ik helemaal niets van laten zien. Gelukkig heb ik er wel altijd een haakwerkje bij. Als ik tussen twee projecten in zit, het patroon moet bijwerken, garen moet uitzoeken, dan kan ik dat haakwerkje gebruiken. Een avond niet haken is voor mij echt ondenkbaar. Zo'n werkje heb ik nu ook klaar staan:
Ik ben nu een klein deken aan het maken, in de zigzag steek. Daar heb ik dan een mandje bij, vol met bolletjes van sokkenwol. Daar ben k aangekomen door vorig jaar aan een advents kalender mee te doen. In die kalender zaten 24 kleine strengetjes, waar je dan vervolgens zelf wat van kunt maken. In mijn geval wordt dat dus een klein deken.
Zo'n mandje is natuurlijk heerlijk om al je haakspulletjes in te bewaren. Dit mandje kostte me € 0,25 in de kringloop ;)
Zijn deze producten er?
Ik kreeg ook veel vragen over of er bepaalde producten wel of niet waren. We hebben het al even over de spelden en over het garen om haakwerk in elkaar te zetten, gehad. Waar we het nog niet over hebben gehad, zijn de haaknaalden. Deze haaknaalden zijn namelijk heel lang niet leverbaar geweest. Gelukkig kan ik je melden dat ze er weer zijn en je kunt ze natuurlijk hier in de webshop vinden. Dit zijn echt mijn favoriete haaknaalden. Ik heb zelfs duurdere haaknaalden geprobeerd, maar ik kom altijd weer bij deze haaknaalden terug.
Naar aanleiding van het laatste haakfeestje is er ook heel veel vraag naar het haakdagboek. Dit is een heerlijk boekje om bij je haakwerk te hebben. De binnenkant van het boekje is gelineerd. Er staat dus verder niets in, maar het is ook bedoeld om je haakbelevenissen in op te schrijven. Je kunt het dus lekker zelf vullen. Ik heb er hier nog maar een paar van, dus wees er snel bij. Je kunt het haakdagboekje vinden in de webshop.
Het filmpje over het momentje voor jezelf, met een projectbag. Ik heb daar een projectbag voor gebruikt, die je 2 jaar terug bij het boek 'The Summer Collection' cadeau kreeg. Als je toen het boek in de preorder had besteld, dan kreeg je er een projectbag bij. Zelf had ik niet eens een projectbag meer, maar Corinne was zo lief om mij de projectbag toe te sturen zodat ik hem zelf ook had. Er werd toen zo enthousiast op gereageerd door jullie, dus ik heb nieuwe projectbags laten maken! Dit is hem geworden:
Het is een heerlijk maatje, de bag is 35 cm hoog en 25 cm breed. Het is gemaakt van 100% natuurlijk katoen, ongebleekt. Het is wat mij betreft echt het ideale tasje om altijd bij je te hebben, in je tas of bij je op de bank. Ik heb er inmiddels meerdere in gebruik en er staan er zelfs al een aantal klaar voor de vakantie. Wil jij ook zo'n handig tasje? Je vindt deze in de webshop.
Wanneer behandel je mijn verzoekje voor een nieuwe video?
Er komen regelmatig verzoekjes voor nieuwe video's, bijvoorbeeld een over het maken van de binnenkant van een tas. Dat patroon staat in het boek 'The Autumn Collection'. De video over hoe je de binnenkant van de tas naait, kun je hier snel verwachten! Heb je ook een verzoek voor een video of artikel? Stuur het me gerust toe. Je kunt dat doen door een reactie achter te laten of door een e-mail te sturen.
Er is wel een maar. Blijf me niet vragen wanneer de video er komt. Dat heb ik nu een aantal keer meegemaakt, dat ik de vraag krijg met: "Je hebt gezegd dat... en wanneer komt het nou?" Ik kan daar niet aan voldoen. Ik heb een planning voor het hele jaar en ik heb naast mijn werk ook gewoon een leven waar iets anders kan lopen. Als je dus een videoverzoek wilt doen, doe dat vooral. Ik neem jouw verzoekje dan op in mijn lijst. Ik kan alleen geen toezeggingen doen over of en wanneer de video er komt.
Wil je deze vragen op video zien?
In dit artikel ga ik je alles vertellen over 'De Puur Natuur Sjaal', misschien ken je deze wel van het gratis patroon. We nemen de verschillende variaties voor deze sjaal door en natuurlijk gaan we een stukje samen haken.
Dit artikel is onderdeel van een reeks aan artikelen waarin ik je meer uitleg geef over de sjaals en omslagdoeken van de gratis patronen. Dit zijn de artikelen die daar al over zijn verschenen:
Genoeeg leesplezier dus! Nu zijn we aanbeland bij De Puur Natuur Sjaal uit het jaar 2020. Dit was een heel bijzonder jaar voor me, ik ging namelijk voor het eerst haken met mijn eigen garenlijn 'Puur'. Daar is ook de Puur Natuur Sjaal mee gehaakt.
Achter dit garen zit een lange zoektocht. Ik wilde graag een eigen garenlijn, maar het garen moest wel voldoen aan al mijn wensen. Het moest een natuurlijk product zijn, er mochten geen fabrieken of handelaars tussen zitten. Ik wilde het rechtstreeks van de bron hebben. Het liefste zou ik het schaap waar de wol vanaf kwam aan kunnen wijzen. Dat is gelukt, hier zie je het schaap! ;)
Het garen komt uit Devon, Engeland. Daar vind je een garenspinnerij die je kan laten zien van welk schaap jouw wol komt. Het garen wordt ter plekke op basis van mijn wensen gesponnen en direct naar mij toe verstuurd. Inmiddels zijn er meerdere variaties van dit garen verschenen, waar ik je in het volgende artikel meer over zal vertellen. De plannen zijn ook nog lang nog op. Nu zijn er bijvoorbeeld alleen nog natuurlijke versies, dus ongekleurd garen dat je zelf heel goed kunt verven. In de toekomst staan er prachtige kleuren op de planning, daarover later meer.
Laten we eerst van dichtbij gaan kijken naar de Puur Natuur Sjaal. Dit is de sjaal van bovenaf gezien:
Je ziet dat er banen inzitten met dotjes. Niet de dotjes zoals bij de Dottige Omslagdoek, maar dat ga ik je later in het artikel natuurlijk laten zien. Daarna heb je een rustige afwisseling van toeren zonder en een enkele toer met dotjes, waarna de sjaal af wordt gesloten met weer een aantal toeren met dotjes. Deze sjaal is gemaakt van het Puur Natuur garen. Dat heeft van nature een beige/grijze kleur. Het garen is Non Super Wash en dat wil zeggen dat het totaal onbehandeld is. Het garen is wel gesponnen, met Mulberry Silk.
Je kunt de Puur Natuur Sjaal in ander garen maken, daar heb ik wat voorbeelden van gemaakt. Bijvoorbeeld het Scheepjes Spirit garen. Je ziet dit garen bij mij regelmatig terug omdat het zo heerlijk zacht is. Als je hetzelfde patroon haakt met haaknaald 3,5 mm dan krijg je dit leuke effect:
Je kunt ook Scheepjes Our Tribe gebruiken, dat is het lontgaren waar ik ook de Dottje Omslagdoek mee heb gemaakt. Je krijgt dan het volgende effect:
Heb je zin om samen een stukje te haken? Je hebt dan wel het patroon nodig. Dat kun je hieronder gratis aanvragen:
{a3684ar47442}
Pak naast het patroon wat wol en een haaknaald. Het maakt niet uit welk garen je gebruikt, het is puur even om de steken in je vingers te krijgen. Je kunt dan na het lezen van het artikel zelf aan de slag met het patroon in het garen dat je wilt. Is het gelukt en zit je er klaar voor? Dan gaan we van start!
Hoe haak je de Puur Natuur Sjaal?
Om de Puur Natuur Sjaal net als het origineel te haken, heb je 3 strengen Puur Natuur garen nodig. Dat is geschikt voor haaknaald 3,5 m. Met andere garen kan het natuurlijk ook, als je dan maar oplet dat het garen geschikt is voor haaknaald 3,5 mm. Dat noemen we ook wel het 4ly garen. Je hebt 1.200 meter aan garen nodig.
De sjaal wordt dan 1.50 meter breed en 37-40 centimeter hoog. Je kunt de maten altijd zelf aanpassen. Het patroon is deelbaar door 3, plus 2.
Tot zover de huishoudelijke mededelingen over deze sjaal, nu gaan we echt starten met haken. Voor het voorbeeld heb ik een andere kleur garen genomen, zodat je beter kunt zien wat ik precies doe. Het lijkt compleet ander garen, maar het is ook het Puur Natuur garen, alleen heb ik het zelf geverfd.
Je ziet hier een proefstrookje van 23 steken, dat is namelijk deelbaar door 3, plus 2. Als je naar het patroon kijkt, dan zie je dat de eerste toer van stokjes is gemaakt. Deze heb ik hakend opgezet. Wil je weten hoe je dat doet? Lees dan het artikel '3 manieren om hakend op te zetten'.
Je gaat nu verder met toer 2. Daar begin je met een keerstokje of 3 lossen als je op het patroon kijkt. Dit is het eerste stokje:
Je ziet dat er daarna 1 losse komt. Je steekt nu in het derde stokje van de toer in.
Je bent daar met een dotje van 5 stokjes. Dat doe je door stokjes te haken, maar die maak je niet af. Je slaat om, haalt door, de draad door 2 en op de naald laten staan. Zodra je 6 lussen op je naald hebt, ben je er. Je hebt namelijk 5 lussen voor de 5 stokjes en de lus van de vorige steek.
Je maakt nu in 1 keer het dotje af door om te slaan en door alle lussen heen te halen. Je hebt dan het eerste dotje gemaakt. Vervolgens haak je 2 lossen. Je slaat 2 steken over, dus je steekt in de derde in voor het volgende dotje. Je haakt dus zoals je een stokje zou haken, maar je maakt het stokje niet af. Je herhaalt dit tot het einde van de toer. Je hebt dan 2 steken over. je haakt dan nog 1 losse en op de laatste steek maak je een stokje. Zo ziet toer 2 er dan uit:
Je gaat door naar toer 3, daarvoor keer je het werk. Er staat in het diagram dat je nu 3 lossen haakt, maar je kunt natuurlijk ook het keerstokje gebruiken. Wil je weten hoe je het keerstokje haakt? Ik leg het je uit in het artikel 'Het nieuwe gedraaide keerstokje'.
Je haakt nog 1 stokje in dezelfde steek. Vervolgens ga je in de ruimte tussen de 2 dotjes een V maken. Je haakt een stokje, een losse en een stokje. Dat is eigenlijk heel makkelijk, je maakt het gewoon in de grote ruimte. Zo maak je heel de toer af. In iedere open ruimte tussen de dotjes maak je een stokje, een losse en een stokje.
Dit is dus een hele andere verwerking van het dotje dan je bij het patroon van de Dottige Omslagdoek hebt gezien. Het is dezelfde steek als die we eerder hebben gedaan, maar door de dotjes er los tussen te hangen, geef je je sjaal of omslagdoek een heel ander effect.
Je bent alweer aan het einde van de toer aangekomen. In de laatste steek (dat is in mijn geval het keerstokje van de vorige toer), haak je 2 stokjes. Het zijn hele snelle toeren, die tot het volgende resultaat leiden:
Toer 4 is een herhaling van toer 2 en om goed te zien waar je de dotjes tussen gaat haken, laat ik je toch nog even zien hoe je deze toer haakt. Je maakt de dotjes in de steek boven de open ruimte. Je kunt ervoor kiezen om het in de open ruimte te doen, maar zelf vind ik het mooier om het in de steek te doen. Daar krijg je een iets mooier dotje van:
Na 2 dotjes ziet dat er zo uit:
Je herhaalt dan nog toer 3 en dat herhaal je tot je 5 rijen met dotjes hebt. Vanaf toer 11 ga je verder met de V-tjes. Daarvan laat ik je ook even zien hoe je insteekt. Je draait het werk om en begint met een keerstokje. Je haakt een stokje erbij in dezelfde steek. Je maakt de V-tjes weer, maar die steek je dan in dezelfde ruimte in. Dus in de open ruimte tussen de poten van de V.
Dat is heel gemakkelijk haken. Een stokje, een losse en een stokje, iedere keer in de V die eronder ligt. Zo haak je heel die toer af. Je ziet hieronder ook dat het er dan zo uitziet:
Qua haakkennis hoef je dus alleen maar te weten hoe je een dotje en een V haakt. Let op dat je goed naar het diagram kijkt en dat je de rijen blijft tellen, zodat je het effect krijgt zoals het origineel. In het blauw vind ik deze sjaal ook echt geweldig, die gaat er vast ook nog wel komen. Als je de hele sjaal hebt gehaakt, dan kun je deze natuurlijk afwerken met een mooi randje. Zelf heb ik gekozen voor het schulprandje. Daarbij vind ik het heel mooi als het heel fijn is, daarom gebruikte ik daarbij haaknaald 2,5 mm.
Je kunt deze sjaal natuurlijk ook afwerken met een picot randje of misschien zelfs met een rechte rand. Dat laat ik helemaal aan wat jij zelf het mooiste vindt. De afwerking bepaalt wel de sfeer van de sjaal.
Ik hoop dat ik je weer heb mogen inspireren om met dit patroon aan de slag te gaan en je eigen variaties erop los te laten. Deel ze gerust in de Facebookgroep.
Vind je dit toch nog net iets te moeilijk? Dan attendeer ik je graag nog even op mijn Online Workshop 'Leren haken met Wendy'. Daar leer je in 13 lessen de complete basis van het haken. Je kunt daarna gegarandeerd al mijn patronen uit mijn boeken en de gratis patronen haken.
Het nieuwste patroon komt er inmiddels al bijna aan, dat verschijnt aankomende week. Ik zal je live op YouTube laten zien welk patroon dit is, ben jij erbij? Je kunt hier naar mijn YouTube Kanaal gaan. Klik even op 'Abonneren' zodat je zeker weet dat je een melding krijgt als er een nieuwe video is verschenen. Je kunt hier iedere vrijdag weer een nieuwe video verwachten over 'Keep it Simple haken' en momentjes voor jezelf. Voor nu heel veel haakplezier!
Krijg je deze uitleg liever in een video?
In een video kan het allemaal net wat duidelijker worden. Klik daarom gerust hier om de video te bekijken.
Je kunt knoopsgaten heel goed gebruiken bij een vest (of ander kledingstuk), maar het staat ook hartstikke leuk op een kussenhoes. Hoe je dit precies doet, leg ik hieronder uit.
Tijdens het schrijven van dit artikel ben ik bezig met het afwerken van het Tweed Vest. In dit vest wil ik een boord met knoopsgaten. Om te bepalen hoe groot die gaten moeten worden, moet je natuurlijk eerst de knopen kiezen. Leg de knopen uit de losse hand neer op de boord van het vest. Je kunt zo goed bepalen wat je mooi vindt. Wil je veel afstand tussen de knopen? Of juist weinig afstand? Zelf vind ik het mooi als er een driedubbele rij tussen de knopen zit.
Zodra je hebt bepaald hoeveel knopen je gaat gebruiken en waar de knopen precies komen, ga je de plekken markeren met een speld. Je plaatst één speld in de steek voor de knoop en de tweede speld plaats je in de steek erna.
Bij het voorbeeld wilde ik er driedubbele rijen tussen, dus ik controleer of de knoop goed ligt en markeer daar ook met een speld de steek voor de knoop. Ik hoef niet perse de steek na de knoop te markeren, ik hoef namelijk alleen maar te weten waar ik zou beginnen met het volgende knoopsgat.
Je kunt nu de knopen aan de kant liggen. Je kunt dan de steken tellen die tussen de twee spelden zitten. In mijn geval zijn het drie steken. Dat betekent dat ik een knoopsgat ga maken van een halfstokje, twee lossen en dan weer een half stokje. Een knoopsgat mag altijd net iets krapper zijn dan de knoop zelf. Het gaat namelijk uitrekken en je wilt niet dat als je vest mooi dicht geknoopt is, er dan telkens een deel van het vest openvalt doordat het knoopsgat te wijd is.
Je begint nu met een keerstokje de volgende toer van de boord. Doe dit natuurlijk aan de goede kant van het werk. Je haakt halve stokjes, tot je bij de speld bent aangekomen. Je maakt eerst het laatste halve stokje en kunt dan de speld uit je haakwerk halen.
Haak drie lossen en steek in bij de tweede speld. Als je net als ik een knoopsgat maakt van in totaal twee halve stokjes en twee lossen, dan kun je twee steken overslaan en bij de speld insteken. Je ziet dat er direct al een knoopsgat ontstaat. Doordat je halve stokjes gebruikt, heb je best veel ruimte voor het knoopsgat. Ik laat je later in het artikel zien hoe je dit kunt doen met vasten.
Haak nu de boord verder door naar de volgende speld. Je haalt de speld eruit, haakt drie lossen, slaat twee steken over en maakt weer een half stokje. Ik maak in het voorbeeld drie halve stokjes en dan keer ik. Normaal gesproken zou je de boord natuurlijk helemaal afmaken, zodat alle knoopsgaten gehaakt zijn. Alleen als ik dat zou doen, dan zou dit artikel wel heel erg lang worden. Daarom ga ik in het voorbeeld even terug.
Het is het makkelijkste als je het werk omkeert. Je maakt een halfstokje en dan kom je bij het knoopsgat. Je haakt diverse halve stokjes. De eerste op de eerste losse van het knoopsgat, dan haak je twee halve stokjes voor de twee steken die je hebt overgeslagen. En dan een half stokje om het vast te maken. Je gaat vervolgens weer verder met de boord. Je ziet zo het knoopsgat al ontstaan:
Je doet dit ook voor het andere knoopsgat. De knoopsgaten hebben nu exact de maat van de knoop die ik had uitgekozen voor mijn vest, maar zijn nog steeds wel aan de ruimte kant.
Persoonlijk vind ik het voor dit vest (gemaakt met een haaknaald 5 met grover garen) perfect passen. Als je echter wat fijner garen hebt gebruikt en een kleiner knoopsgat wilt, dan kun je de knoopsgaten wat kleiner maken. Dat doe je door de knoopsgaten te haken met vasten. Daarbij kun je gerust een toer haken met halve stokjes en daarna door met een vaste erop. De hoogte van een vaste is natuurlijk wat minder, daardoor wordt het knoopsgat anders: het knoopsgat wordt kleiner.
Je doet dit om op de plek van het knoopsgat drie lossen te haken. Je slaat twee steken over en je gaat weer verder met de vaste. Het knoopsgat is een stuk kleiner, maar de knoop kan er toch nog steeds goed doorheen.
Om de toer af te sluiten zou je nu halve stokjes kunnen maken. Twee toeren met vasten kan ook heel mooi zijn. Kies zelf hoe je de boord het mooiste zou vinden en haak de boord helemaal naar wens af.
Deze techniek heb ik je nu bij een vest laten zien, maar kun je ook prima toepassen bij het haken van andere kledingstukken of bij de sluiting van kussens.
Wil je deze techniek op bewegend beeld zien?
Een video kan net wat duidelijker overkomen. Klik daarom gerust op deze link om de video te bekijken waarin ik je uitleg hoe je een knoopsgat haakt.
Heel veel haakplezier!
Natuurlijk wordt iedere tutorial speciaal voor jullie gemaakt, maar deze heeft een extra lezers-tintje. In de uitleg van deze week beantwoord ik namelijk een van de meest gestelde vragen van mijn trouwe volgers:
Kun je nog een keer van heel dichtbij laten zien waar ik in moet steken? Zeker als het werk niet heel duidelijk tegenover elkaar ligt (bijvoorbeeld met 2 panden), vind ik het heel lastig.
In deze uitleg ga ik uitgebreid laten zien hoe de ik-en-jij-steek werkt!
Je kunt je haakwerk op vele verschillende manieren in elkaar zetten. Dat kan bijvoorbeeld door het gebruik van naald en draad of je kunt haakwerk helemaal in elkaar haken. Iedere manier die je ook zou gebruiken is goed. Het belangrijkste is dat je een manier gebruikt die voor jou het beste werkt. Een van die manieren is de Ik-en-Jij-steek. Het is niet voor niets dat ik deze methode noem, het is mijn favoriete manier van het haakwerk in elkaar zetten. Door het op deze manier te doen, zie je de draad waarmee je het haakwerk in elkaar hebt gezet, niet meer terug. Je kunt namelijk iedere kleur garen gebruiken die je wilt.
In het voorbeeld ben ik bezig met het in elkaar zetten van het nieuwe patroon (het Romantisch Kanten Vest). Om je goed te laten zien hoe je je haakwerk onzichtbaar in elkaar kunt zetten met de Ik-en-Jij-steek, heb ik een draad genomen in een andere kleur dan de kleur van het vest. Je ziet op die manier beter wat ik doe.
Het Romantisch Kanten Vest bestaat uit één stuk, maar dan moet ik nog wel de schoudernaden aan elkaar zetten. Dat is een perfect voorbeeld van haakwerk waarbij twee delen mooi tegenover elkaar liggen.
Je pakt de steek op aan de 'overkant'. Dat is dus het deel van het haakwerk waar de draad niet doorheen is gegaan (of niet is geëindigd). Je komt dan weer terug en haalt de naald door de volgende steek. Je gaat weer naar de 'Jij-kant' en haalt de draad door de volgende steek. Weer terug naar de 'Ik-kant' en weer de draad door de volgende steek. Je brengt 'Ik' en 'Jij' bij elkaar.
Zelf gebruik ik bij deze steek altijd een dunnere draad. Dat breekt minder snel en je kunt zo de onderdelen net iets makkelijker aantrekken. Als je dat doet, dan zie je ook gelijk dat het eigenlijk niet uitmaakt welke kleur draad je hebt gebruikt. Je heb het werk namelijk onzichtbaar aan elkaar vast gemaakt, zowel aan de binnenkant als de buitenkant.
Het is dus heel gemakkelijk dat als de steken goed tegen over elkaar liggen, om de verschillende delen van je haakwerk met elkaar te verbinden. Je hoeft alleen nog maar te controleren dat het allemaal recht blijft gaan en je hebt op een eenvoudige manier de schoudernaden (of misschien wel twee panden) aan elkaar vastgezet.
Tot zover de gemakkelijke manier, nu komen we bij de volgende stap. Het in elkaar zetten van een mouw... Daar zitten allerlei meerderingen in je haakwerk. Hoe netjes je ook haakt en zelfs wanneer je het keerstokje gebruikt, het blijft altijd ongelijk. Toch kun je het heel goed in elkaar zetten, zolang je maar weet hoe je dit moet doen. Daar ga ik je bij helpen door je hieronder uit te leggen hoe het precies werkt. Ik gebruik daar ook weer de rode draad bij, zodat je goed kunt volgen wat ik doe.
Je kunt in het geval van een mouw niet je haakwerk recht op elkaar leggen, maar moet de twee uiteindes van de mouw tegen elkaar aan leggen. Je ziet het misschien niet heel goed op onderstaande foto, maar bovenin is het ene uiteinde van de mouw, onderin het andere uiteinde. Ik heb hierbij de uiteindes naar elkaar toe gevouwen. Als het nu aan elkaar vast zou zitten, zou het ook echt al een mouw zijn ;)
Je zorgt ervoor dat de toeren recht tegenover elkaar liggen. In dit geval pak ik niet de eerste steek, maar een draadje dat er mooi voor ligt. Dit wordt echt naaien op gevoel. Je kunt het niet op basis van de steken gaan doen, omdat de toeren dan niet mooi in elkaar over lopen. Houd dus echt de toeren bij elkaar en zorg ervoor dat je op basis daarvan de stukken met elkaar verbindt.
Let er ook op dat je niet te veel draad opneemt van je haakwerk, want dan krijg je bobbels in je werk.
Bij iedere steek die je haakt, kijk je waar je op je gemak met je naald doorheen kunt. Dit is iets dat je niet zomaar in één keer hoeft te kunnen. Neem er lekker de tijd voor en kijk hoe je het zo mooi mogelijk kunt maken. Hoe vaker je het doet, hoe mooier het wordt. En je zal merken dat deze steek je op een gegeven moment goed af gaat. Dat heb ik zelf ook ervaren, ik kon het ook echt niet in één keer.
Ik zoek telkens naar een goed moment waar ik mijn draad doorheen kan steken, waarna ik het ook altijd even aantrek om te controleren of het goed gaat. Let er daarbij dus vooral op dat de toeren bij elkaar blijven en in elkaar overlopen. Hier zie je dat ik na een aantal steken nog steeds recht ga:
Het is ook een kwestie van goed blijven controleren dat je steken gebruikt van ongeveer gelijke groottes. Als je aan de ene kant een grote steek en aan de andere kant een hele kleine steek oppakt, dan gaat het scheef. Je ziet dat hier:
Hoe voorzichtig je de steken dus ook oppakt, blijf ook altijd kijken dat je de draad volledig door de steek heen haalt. Dat helpt je om de draad netjes weg te werken en dat is het geheim achter het onzichtbaar aan elkaar vastzetten van verschillende delen van je werk.
Bij ieder haakwerk kom je weleens op een punt dat het onduidelijk is waar je hem in moet steken, bijvoorbeeld omdat er een grotere ruimte is tussen de steken. Dat is ook bij dit vest het geval. Je steekt hem dan in het keerstokje of van het gewone stokje. Daar kan je hem dan precies onderdoor halen.
De belangrijkste tips zijn dus vooral je geduld en rust bewaren, het lekker vaak oefenen en regelmatig de draad aantrekken om te controleren of het recht gaat. Als het dan toch zo is dat je werk scheef trekt, haal de draad er dan gerust weer even uit en kijk opnieuw hoe je de toeren wel mooi in elkaar over kunt laten lopen.
Ik hoop dat dit je helpt bij de Ik-en-Jij-steek en dat nu een stuk duidelijker is hoe je deze steek kunt gebruiken. In het volgende artikel gaan we het nog iets moeilijker maken, ik ga je dan uitleggen hoe je de mouw rond inzet in een vest.
Heb jij vragen over de Ik-en-Jij-steek? Laat het me onder dit bericht weten. En heb jij een leuke kijkersvraag die ik in een volgende video voor je kan beantwoorden? Stuur me dan even een bericht.
Bekijk je het toch liever met bewegend beeld?
Dit is al een wat ingewikkeldere techniek om enkel in tekst en met afbeeldingen uit te leggen. Ik kan me voorstellen dat het daarom fijner is om bij deze uitleg bewegend beeld te hebben. Bekijk hier dan de video op mijn YouTube Kanaal.
Wil je leren hoe je hakend opzet? Dan is deze serie met technieken iets voor jou! Je kunt namelijk hakend opzetten met een vaste, halve stokjes en hele stokjes. In deze blog leg ik je uit hoe je hakend opzet met een vaste.
Het voordeel van hakend opzetten
Eerst laat ik je van dichtbij zien wat het voordeel is van hakend opzetten voor jouw haakprojecten. Je ziet hieronder mijn Confettisjaal. Deze haakte ik vier jaar geleden en toen gebruikte ik de methode 'hakend opzetten' nog niet. Wel wist ik toen al dat ik een grotere naald moest gebruiken voor het opzetten van de eerste toer. Zo kun je voorkomen dat het rond ging trekken. Dit ziet er voor het zicht mooi uit, alleen als je heel goed kijkt, dan zie je dat deze eerste toer haast geen stretch heeft. Misschien herken je dat ook wel bij je eigen projecten. Bij de roze sjaal eronder, heb ik wel de methode 'Hakend opzetten' gebruikt en daar is voldoende stretch aanwezig.
Zo op de foto is het natuurlijk lastig te zien, maar ik kan je echt adviseren om altijd hakend op te zetten. In dit artikel laat ik je 3 manieren zien om hakend op te zetten: haken met een vaste, met halve stokjes en met hele stokjes.
1. Hakend opzetten met een vaste
Je begint bij het hakend opzetten met een vaste door het maken van de lus. Sla de draad om en maak de 2 vasten. Je steekt de naald in de onderste steek en je haalt de draad erdoorheen. Sla de draad om en haal deze alleen door de onderste lus. Je slaat nu de draad om en maakt de vaste af.
Je steekt nu de naald onderin, door het V-tje dat we zojuist hebben gemaakt. Dat zie je vanaf nu steeds weer terugkomen. Je slaat de draad weer om, haalt deze erdoorheen. Je maakt nu een extra V-tje door om te slaan en alleen door de onderste lus te halen. Je ziet al een V-tje ontstaan:
Je slaat om en je maakt de vaste weer af. Je kunt nu zien dat je aan de onderkant V-tjes creëert. Dat doe je door die extra steek. Nu weer onderin steken, door het V-tje dat we net hebben gemaakt. De draad doorhalen, omslaan, nieuwe V-tje gemaakt, omslaan en de steek afmaken. Op die manier zet je al hakend een toer van vaste op.
2. Hakend opzetten met een half stokje
We beginnen met de lus en dan haken we drie lossen.
Je begint met hoe je een half stokje zou starten. Je slaat om, steekt in in de onderste steek, je slaat de draad om en haalt hem door. Net als bij het hakend opzetten met een vaste gaan we eerste en V-tje maken, waar we de volgende steek op gaan maken. Je slaat om en haalt hem alleen door de onderste lus heen. Je hebt nu het V-tje al gemaakt. Je maakt het halve stokje af zoals je dat normaal zou doen: omslaan en door de 3 lussen.
Je gaat nu verder door om te slaan en in het V-tje te steken. Dat ziet er als volgt uit:
Je haalt de draad door, omslaan, door de onderste lus, omslaan en het halve stokje afmaken. De volgende: omslaan, door het V-tje dat je net hebt gemaakt, omslaan, doorhalen, omslaan, volgend V-tje gemaakt, omslaan, half stokje afgemaakt.
Zo na en aantal steken zie je er toch al vorm in ontstaan.
Het is van belang dat je dit regelmatig en ook losjes doet. Het wordt niet mooi als je dit aan welke kant dan ook strak gaat aantrekken. Als je dit gewoon probeert te doen met de hand van haken die je normaal ook hebt in de rest van je werkstukken, dan kun je deze toer ook opzetten met de haaknaald waar je de rest van het project mee maakt. Je hoeft dus nu niet meer een grotere haaknaald te gebruiken voor je begintoer.
Als je dit doet zie je dat je zowel aan de bovenkant als aan de onderkant een keurige rij met V-tjes hebt:
Het hakend opzetten is dus niet alleen handig voor de rek die je in het werk krijgt (wat trouwens ook voor dekens heel erg handig is), maar het geeft je ook gelijk een mooiere afwerking aan de onderkant.
Doordat je de lussen losjes doet, kun je je naald er ook makkelijk doorheen halen. Als je dit allemaal te strak doet, dan krijg je al snel dat het werk schuin trekt.
Vandaar mijn advies om de onderste lus iets losser te doen en dat gaat niet altijd even gemakkelijk.
Zo haak je dus een hele toer met halve stokjes. Dat is handig voor kledingstukken en voor dekens. Je weet gelijk wat de maat moet zijn, je kunt gelijk verder. En het is zo fijn dat je je hele werk met één haaknaald zou kunnen maken.
3. Hakend opzetten met hele stokjes
Als je hakend opzet met een heel stokje begin je net als met een half stokje eerst met een lus. Je haakt de 3 lossen, slaat de draad om en steekt de naald in de onderste steek. Je haalt de draad door en hebt 3 lussen op de naald. Je maakt net als bij de andere methoden een V-tje. De V-tjes zijn eigenlijk steeds de basis waarop je een volgende steek maakt.
Je slaat om, haalt door en doet dat alleen door de onderste lus. Je hebt hier dat V-tje gemaakt waar ik het steeds over heb:
Je slaat weer om en je maakt het stokje nu af zoals je dat normaal ook zou doen. Dus omslaan, doorhalen door twee lussen en dan omslaan, doorhalen en weer door twee lussen.
Dat V-tje dat je net hebt gemaakt, gaan we nu weer gebruiken. Sla de draad om, steek door het onderste V-tje heen. Je hebt nu twee draadjes, je ziet ze hier zitten:
Je haalt de draad door en haalt die iets omhoog. Het moet allemaal recht op je naald zitten, anders gaat je werk scheeftrekken. Omslaan, V-tje maken, omslaan, stokje afmaken.
In het begin kan het er heel raar en schuin uitzien, dat komt straks vanzelf goed. Doe het nu nog een keer. Omslaan, door het V-tje, draad doorhalen, omslaan, V-tje gemaakt en we maken de steek weer af. Omslaan, door het V-tje, omslaan en de draad naar boven trekken. Je rekt hem dus even door zodat alles recht op de naald zit. Tot slot: omslaan, nieuw V-tje gemaakt, omslaan en het stokje afmaken.
Als je het werk nu neerlegt, kan het je opvallen dat het wat scheef lijkt. Je rekt het even wat uit en dan zie je dat je een keurige rechte toer krijgt.
Ik heb al je al eerder verteld dat dit een hele fijne manier is om je trui, vest of sjaal af te werken. Het is ook een hele fijne manier om een deken af te werken. Denk je nu: dat is toch super veel werk? Ja, dat klopt, het is best even een klus. Maar je weet wel zeker dat je deken niet gaat trekken aan de onderkant. Het is dus de moeite waard om te doen en ik wil je aanmoedigen deze methode te gaan gebruiken. Het eindresultaat wordt er zoveel mooier door! Als je eenmaal een deken hebt gemaakt met een gehaakte opgezette rand, dan wil je niets anders meer.
Ga jij hakend opzetten gebruiken in je werk? Ik ben benieuwd!
(Oh en geen zorgen als het niet direct lukt. Het lukte mij ook niet de eerste keer dat ik het probeerde. Blijf vooral lekker veel oefenen.)
(Oh en geen zorgen als het niet direct lukt. Het lukte mij ook niet de eerste keer dat ik het probeerde. Blijf vooral lekker veel oefenen.)
Kijk jij liever naar de uitleg op video?
Wil jij graag deze uitleg op bewegend beeld zien? Bekijk dan de volledige tutorialserie op YouTube.
